WeetNieT: Wat betekent aanpijpen?

Een WeetNieT is een onbekend woord uit het Woordenboek der Nederlandse Taal (WNT), het grootste lexicon ter wereld. Wat betekent het?

AANPIJPEN (ww.)
Pijpte aan, heeft aangepijpt.

a. Aanfluiten, iets een aanfluiting vinden.
Vgl. het Duitse pfeifen, ‘fluiten’.
‘Tydens het croquet-spel spoorde zy den prinsch aan om het laatste poortje te neemen, dewijl hy zich als speler reeds in gansch Europa heeft beweezen! Daarop verstapte zy zich, en struykelde pardoes den sloot in.’
– ‘Welk een aanpijpen!’

b. Een begin maken met orale seks.
Kom, ik wil nog wel eens aanpijpen.’
Verder lezen →

Linguisticator (0): Ik ga Turks leren! Met mijn ruimtelijk geheugen.

Het aardvarken geeft aan: dit is de vleugel van Spaanse werkwoorden op -ar

Het eerste goede voornemen voor 2018 is al binnen: ik ga Turks leren. Daarvoor zal ik een nieuwe techniek gebruiken, die eigenlijk al heel oud is. Maar laat me even vertellen hoe het zo kwam.

In het vliegtuig
Het was in april van dit jaar dat ik voor de VARAgids naar Kiëv vloog om een reportage te maken over het Eurovisie Songfestival dat daar zou plaatsvinden. In het vliegtuig terug naar Amsterdam belandde ik naast een Amerikaan, Ian Ralby. Ralby bleek zo’n globetrotter te zijn die uit zijn koffer leeft: hij reist de wereld over om overheden en organisaties te adviseren op het gebied van recht, veiligheid en internationale verhoudingen. Toen ik vertelde dat ik journalist was, en daarnaast een blog over taal en geschiedenis voerde, begon hij over zijn broer. Die had iets geweldigs bedacht, zei Ralby. Hij had gestudeerd aan topuniversiteiten als Cambridge en Cornell, waar hij zich bekwaamd had in bepaald niet gangbare talen als Oudnoors, Oudengels en Keltisch. Nu leidde hij zijn eigen bedrijf in Cambridge, Groot-Brittannië: Linguisticator. Dat bedrijf had een revolutionaire manier ontwikkeld om vreemde talen te leren, en wel met behulp van het ruimtelijk geheugen. Afijn, ik moest zijn TED-talk maar eens bekijken op YouTube. Die zou aan het eind van de zomer beschikbaar komen.

TED-praatje
Dat deed ik. In het TED-praatje (hier te zien) Verder lezen →

De vertalers: In Fermín openbaart zich het gevoel voor humor van Carlos Ruiz Zafón

Jongetje staat voor etalage boekwinkel
Omslagafbeelding van Het labyrint der geesten, de nieuwe roman van Carlos Ruiz Zafón.

Met De schaduw van de wind, de wereldwijde bestseller, begon Carlos Ruiz Zafón een cyclus die hij deze week met het vierde en laatste deel beëindigt. Voor Het labyrint der geesten zette vertaalster Nelleke Geel haar wekker extra vroeg, want eigenlijk is zij uitgever van beroep. ‘Muziekje erbij, koffie. En daarna duik ik de hectiek in.’

Nee, een paar maanden vrij nemen om de nieuwe Zafón te vertalen, dat zit er niet in. Nelleke Geel (1966) moet lachen om de suggestie. Als uitgever van vertaalde fictie bij Atlas Contact heeft ze het daar te druk voor. (Daar heeft de onrust rondom de uitgeverij overigens niets mee van doen: ja, Mizzi van der Pluijm is weg, maar Atlas Contact blijft onderdeel van moederconcern VBK, ‘met volledige autonomie, en er staat nog steeds “uitgever” op mijn kaartje.’) Als tegenwicht voor de hectische uitgeverswereld gebruikt Geel het vertaalwerk: dat trage, bijna slome bestuderen van een enkele alinea, heerlijk. Als ze daarvoor vroeger op moet staan – soit. ‘Om half zes gaat de wekker. Dan zit ik thuis twee uur te werken, muziekje erbij, koffie, en daarna duik ik de hectiek in van het constant communiceren dat uitgeven vaak is.’ Het plezier zit hem in de afwisseling. ‘Ik ken een vertaler die zegt: ik heb een hond genomen, dan kom ik tenminste de deur nog uit.’Verder lezen →

Interview: Gaston Dorren, de betaalbare talenkenner

Taalschrijver Gaston Dorren (Foto: Hedy Vermeer, 2016)

Gaston Dorren (52), misschien wel de leukste taalschrijver van Nederland, werd in het Engels onverwacht een bestsellerauteur. Volgende week komt hij met een nieuw boek: Lingua. Dwars door Europa in 69 talen. Wij spraken hem over Schwyzerdütsch, Poolse namen én zijn huidige status overzee. ‘Ik ben een soort betaalbare talenkenner, geloof ik.’

Je nieuwe boek is dankzij een Engelse omweg tot stand gekomen. Leg eens uit.
Vijf jaar geleden schreef ik het boek Taaltoerisme, over verschillende Europese talen. Toen het af was, realiseerde ik me dat het voor heel Europa interessant zou kunnen zijn. Op eigen kosten heb ik het laten vertalen naar het Engels en voorgelegd aan een literair agent in Groot-Brittannië. Die bracht me in contact met uitgeverij Profile Books, waarmee ik het boek flink onder handen heb genomen. Sommige teksten vonden de redacteuren niet zo goed en ik heb zo’n tien hoofdstukken gepikt uit een boek waaraan ik toch al zat te werken. De Nederlandse invalshoek Verder lezen →

WeetNieT: Wat betekent santekwant?

Een WeetNieT is een onbekend woord uit het Woordenboek der Nederlandse Taal (WNT), het grootste lexicon ter wereld. Wat betekent het?

SANTEKWANT (vr. znw.)

a. Oorvijg.
Naar het geluid van een klap.
‘Sy neemt den haspel in de handt, En geeft haer eenen sante-quant.’

b. Koosnaam voor Sinterklaas.
‘Hoort wie klopt daar, kind’ren, hoor wie klopt… Hêe, stil eens… Deksels! Als het Santekwantje niet is, met zijne groote zack!’ Verder lezen →

Het Aramees (2): Dit is wat Jezus letterlijk zei

De historische landstreek Galilea, nu Noord-Israël, waar Jezus opgroeide

Jezus sprak Aramees. Mel Gibson ook – maar niet goed, zo ontdekken we. En verder, als geintje: Jozef en Maria bij de herberg, in het Aramees.

Het meertalige, Heilige Land
Jezus sprak Aramees. Dat mag Holger Gzella, specialist op het gebied van Aramese taalkunde aan de universiteit van Leiden én auteur van het vorige week verschenen boek De eerste wereldtaal, wel zo zeggen. Al moet daaraan toegevoegd worden: de taalsituatie in het Heilige Land was complex. ‘Het Hebreeuws was de inheemse taal, maar in het alledaagse gebruik is die mijns inziens al vóór de tweede eeuw v.Chr. vervangen door het Aramees,’ legt Gzella uit. ‘Het Aramees werd namelijk Verder lezen →

Het Aramees: Hoe een streektaal een wereldtaal werd (1)

Fries van Perzische boogschutters van Darius I uit het Pergamon-museum in Berlijn
De komst van de Perzen naar het Nabije Oosten betekende een doorbraak voor het Aramees. (Fries van Perzische boogschutters, Pergamon-museum, Berlijn)

Waarin schuilt de kracht van het Aramees? De taal schopte het tot lingua franca van het Perzische rijk en beschikt over de onsterfelijkste spreker aller tijden: Jezus. Op zoek naar een verklaring.

Wie meer van het Aramees wil weten, reist af naar Leiden. Daar huist Holger Gzella, professor doctor en kenner van de talen uit de wereld van het Oude Testament. Gzella (1974) geldt als een specialist op het gebied van de Aramese taalkunde. Hij ontvangt me in zijn werkkamer aan de plaatselijke universiteit vanwege zijn boek De eerste wereldtaal. De geschiedenis van het Aramees, dat vandaag bij uitgeverij Atheneum verschijnt.

Van een wereldtaal kun je, in het geval van het Aramees, zonder voorbehoud spreken. De Arameeërs legden hun idioom voor het eerst vast in de stadstaten van het huidige Syrië, waarna het zich binnen vijfhonderd jaar ontwikkelde tot lingua franca van Egypte in het westen tot Pakistan in het oosten – een territorium met een spanwijdte van 6000 kilometer. Kennelijk bezat het bijzondere eigenschappen. Nog steeds wordt het gebruikt. Wat is het eigenlijk voor taal?
Verder lezen →

De vertalers: Van Orhan Pamuk, de tuinman en de dood

Orhan Pamuk in zijn werkkamer in Istanbul, 2004 (Foto: Eric Bouvet/Getty Images)

Ook in zijn nieuwste roman brengt de Turkse schrijver Orhan Pamuk (1952) het Oosten en het Westen samen. Geen wonder, zegt vertaalster Hanneke van der Heijden: die twee werelden zijn helemaal niet zo gescheiden.

Nee, naar Turkije is ze niet met vakantie geweest dit jaar. Vertaalster Hanneke van der Heijden heeft voor De vrouw met het rode haar – de nieuwste roman van Orhan Pamuk, die op 21 september verschijnt bij De Bezige Bij – haar oor dus niet persoonlijk te luisteren gelegd bij vrienden of bekenden in Istanbul. Ze vertaalde het boek Verder lezen →

Narcos 3: Leer Spaans met Pablo Escobar!

Pablo Escobar (Wagner Moura) op zijn landgoed met Gustavo Gaviria (Juan Pablo Raba).

Bij de start van het derde seizoen van Narcos – op Netflix, op 1 september – werpen we een blik op het taalgebruik van Colombiaanse drugsbaronnen. Pablo Escobar is niet meer, maar met behulp van citaten uit eerdere seizoenen componeerden we de volgende dialoog.

For old times’ sake (hoe zeg je dát eigenlijk in het Spaans?) gaan we terug naar Hacienda Nápoles, Escobars landgoed in de jungle van Colombia, compleet met dierentuin, kartbaan en vliegveld. De narcotraficante krijgt bezoek van zijn socio, zakenpartner Carlos Lehder.

Carlos Lehder:
Pablo, flikker.
Pablo, maricón.

Pablo Escobar, vanuit een tuinstoel:
Carlos, klootzak. Ga zitten.
Carlos, pendejo. Siéntate.


Verder lezen →

WeetNieT: Wat betekent schampeljoen?

SchampeljoenEen WeetNieT is een onbekend woord uit het Woordenboek der Nederlandse Taal (WNT), het grootste lexicon ter wereld. Wat betekent het?

SCHAMPELJOEN (znw.)

a. Steenhouwersbeitel.
Naar het Italiaanse scarpello.
‘Marmer? Om jouw schampeljoen op stuk te slaan? Ga eerst maar eens een modelletje van papier-maché maken van die David van jou, en dan zien we wel weer verder. Ja dááág, Michelangelo.’

b. Heel veel geld.
‘Schat! Moet je zien! We hebben een cheque gewonnen van dried… derti… vijf komma… van een paar schampeljoen euro!’ Verder lezen →