Vocaalharmonie is een van de geheimen van het Turks, zo leer ik na les 1 van mijn online-taalcursus. Maar ik ben al kwijt hoe je moet tellen.
‘Een’ is het hoofdtelwoord, ‘eerste’ is het rangtelwoord. Voordat ik van het ene naar het andere mag overgaan, zo waarschuwt mijn privélerares Selay, moeten we het eerst hebben over een fenomeen dat in de gehele Turkse taal een rol speelt, en overigens ook in alle andere Turkse talen: vocaalharmonie. Vocaalharmonie houdt in dat de klinkers in voor- en achtervoegsels zo worden aangepast aan die van het stamwoord dat ze samen mooi kleuren. Een voorbeeld. ‘Auto’ is in het Turks araba, zegt Selay, en voor ‘auto’s’ heb je het achtervoegsel -lar nodig: arabalar. Inderdaad, zo heet die ene Disney-Pixar-kaskraker dus ook, in Ankara en omstreken. ‘Kat’ echter is kedi, en krijgt in het meervoud niet -lar aan zijn bips geplakt, maar -ler: kediler. Dat klinkt namelijk beter. Probeer het maar eens uit te spreken, het klopt. Behalve het woord vocaalharmonie kwam ik trouwens op internet en in de Dikke Van Dale ook de term klinkerharmonie tegen, maar in de geest van het verschijnsel dat wordt bedoeld, kies ik voor vocaalharmonie: al die a’s tezamen klankkleuren zo mooi.
Gewoon opletten
Aan poëzie heeft Selay kennelijk geen boodschap. Ze houdt het graag praktisch en legt uit dat die hele vocaalharmonie is ontstaan uit de natuurlijke menselijke neiging om zo weinig mogelijk moeite te doen: hoe minder verschillende klanken, hoe minder de mondspieren zich hoeven in te spannen. Waarna een stuk fonetica volgt, over zaken als de positie van de tong in de mondholte en de ronding van de lippen, gevat in een schema vol ü’s en ö’s in i’s zonder puntje. Snel trekt ze het weer weg: ‘Gewoon opletten, dan komt het goed.’ Dat ga ik doen, want ik weet dat ik na dit verhaal op twintig procent van de cursus zal zitten.
Inci (x 4)
Eenmaal in les 2 beland, over rangtelwoorden, wordt het belang van vocaalharmonie in het Turks meteen duidelijk. In het Nederlands vormen we rangtelwoorden met behulp van twee achtervoegsels: -ste (‘eerste’) en -de (‘tweede’). Het Turks lijkt er op het eerste gezicht (haha, ‘eerste’, padoem patsss) helaas vier voor te gebruiken: inci, ıncı, üncü en uncu. Welke je toepast, wordt bepaald door de vocaalharmonie. Ik besluit dat het Turks maar één rangtelwoord-achtervoegsel kent: inci, dat komt in vier varianten. Zo zeg je ‘eerste’ door achter ‘een’ – bir – het achtervoegsel inci te plakken: birinci. Hetzelfde gaat op voor ‘tweede’: iki + inci = ikinci. Bij ‘drie’ wordt het anders. ‘Drie’ is üç, en bij de ü-klank past een volgende versie beter: üçüncü. Net als bij ‘vier’, dört: dördüncü. Twee getallen later gaat het weer nét even anders. ‘Zes’: altı. ‘Zesde’: altıncı. En de laatste variant: dokuz (‘negen’) wordt dokuzuncu (‘negende’).
Espresso
Daarna somt de stem van Selay, met het getallenschema in beeld, de tientallen op.
Tiende: onuncu.
Twintigste: yirminci.
Dertigste: otuzuncu.
Veertigste: kırkıncı.
Vijftigste: ellinci.
En ik denk: Yirmi? Otuz? Kırk? Elli? Die getallen was ik alweer helemaal vergeten. Bir tot en met on heb ik nog wel gerepeteerd, maar de rest? Waarom heb ik die over het hoofd gezien, sinds de afloop van les 1? Waarom heb ik ze niet in het dagelijks leven geoefend? Elke dag sta ik bij mijn espressoapparaat te tellen als ik koffiezet, want espresso moet je niet veel langer dan twintig seconden door laten lopen als je hem niet verbrand wil hebben, maar Turkse telwoorden opzeggen, ho maar. Dat heb ik laten liggen! Elke dag! WAAR ZAT IK MET MIJN GEDACHTEN?!
Ik heb er weer een dagtaak bij.
Lees ook: Linguisticator (2): Een, twee drie is… bir, iki, üç