Alle woorden van het jaar 2017. Inclusief kvindelandsholdet en aadhaar

Het Deense dameselftal op het EK Voetbal van 2017

Het duurt even, maar dan heb je ook wat: echt álle woorden van het jaar 2017. Kwaussie (Australië) was er begin december al, op exoneração (Angola) moesten we tot eind januari wachten. Lijstje!

DEENS
Kvindelandsholdet.
Nationaal damesteam.
Voor het Deense woord van het jaar heeft het Nederlands er twee nodig: nationaal damesteam. Voetbaldamesteam, moeten we zeggen, want de Deense voetbalsters hebben afgelopen jaar vaak de krantenkoppen gehaald. Omdat ze de EK-finale verloren van onze eigen Leeuwinnen natuurlijk, maar ook omdat ze na het toernooi een langdurig loonconflict met de Deense voetbalbond uitvochten. De vrouwen wonnen: na een staking kregen ze meer geld toegezegd. Het idee om kvindelandsholdet te nomineren als woord van het jaar kwam van een Deense journaliste, die zo verdrietig werd van de #MeToo-discussie dat ze daar een voorbeeld van vrouwelijke kracht tegenover wilde stellen. Missie geslaagd.

HINDI
Aadhaar.
Fundament.
De woordenboekmakers van Oxford Dictionaries bombardeerden aadhaar tot Hindi-woord van het jaar. Aadhaar, wat zoveel betekent als Verder lezen →

Linguisticator (1): Ik heb een privélerares Turks en ze heet Selay

Mijn allereerste les Turks – volgens de methode van het zogeheten ‘geheugenpaleis’ – bestaat uit een vooruitblik op de cursus. Ook maak ik kennis met mijn privélerares: Selay Pamir, very English.

Huh, Turks leren? Ja, want zoals ik vorige maand al vertelde, kwam ik via via op het spoor van Linguisticator, een jong bedrijf in het Engelse Cambridge dat taalcursussen aanbiedt op basis van een buitengewone leermethode. Daarbij draait het om ons ruimtelijk geheugen, dat ons bijna instinctief van huis naar de supermarkt laat lopen en waarmee Middeleeuwse monniken de Bijbel regel voor regel uit hun hoofd konden leren. Anno 2018 ontwerpt Linguisticator voor iedere taal een zogeheten ‘geheugenpaleis’, een virtueel gebouw waarin elke kamer, gang of pilaar door de individuele student van een brokje kennis wordt voorzien. Maar hoe werkt dat dan? Dat ga ik de komende tijd ondervinden, en daarvan doe ik verslag. Nu: de introductie.

Verder lezen →

1571: Waarin Alva en Oranje proberen om genoeg geld binnen te harken

De schutterij van Amsterdam, 1588. Door Cornelis Ketel. (officiële titel: ‘Het korporaalschap van kapitein Dirck Jacobsz Rosecrans en luitenant Pauw, Amsterdam, 1588.’ Rijksmuseum.)

Het nieuwe jaar begon met de nasleep van de desastreuze Allerheiligenvloed. De twee kemphanen gingen echter stug voort met hun bezigheden: Alva drukte zijn Tiende Penning erdoor, Oranje probeerde op een kerkelijke bijeenkomst steun te verwerven.

Nederland, een land van water
De Allerheiligenvloed maakte talloze slachtoffers, en nu overstroomden ook nog eens de rivieren door snel invallende dooi. In Gent, Luik en Den Bosch was in februari alleen nog vervoer per boot mogelijk. De Lage Landen bevonden zich in een rivierendelta, leek de natuur te onderstrepen. Niet meer dan logisch misschien dat tijdens de Tachtigjarige Oorlog een belangrijke groep opstandelingen zich op zee had georganiseerd: de watergeuzen. Immers, elk land krijgt de rebellen die het verdient, en in dit geval waren het rebellen met zwemdiploma A. In mei begonnen Verder lezen →

WeetNieT: Wat betekent aanpijpen?

Een WeetNieT is een onbekend woord uit het Woordenboek der Nederlandse Taal (WNT), het grootste lexicon ter wereld. Wat betekent het?

AANPIJPEN (ww.)
Pijpte aan, heeft aangepijpt.

a. Aanfluiten, iets een aanfluiting vinden.
Vgl. het Duitse pfeifen, ‘fluiten’.
‘Tydens het croquet-spel spoorde zy den prinsch aan om het laatste poortje te neemen, dewijl hy zich als speler reeds in gansch Europa heeft beweezen! Daarop verstapte zy zich, en struykelde pardoes den sloot in.’
– ‘Welk een aanpijpen!’

b. Een begin maken met orale seks.
Kom, ik wil nog wel eens aanpijpen.’
Verder lezen →

Linguisticator (0): Ik ga Turks leren! Met mijn ruimtelijk geheugen.

Het aardvarken geeft aan: dit is de vleugel van Spaanse werkwoorden op -ar

Het eerste goede voornemen voor 2018 is al binnen: ik ga Turks leren. Daarvoor zal ik een nieuwe techniek gebruiken, die eigenlijk al heel oud is. Maar laat me even vertellen hoe het zo kwam.

In het vliegtuig
Het was in april van dit jaar dat ik voor de VARAgids naar Kiëv vloog om een reportage te maken over het Eurovisie Songfestival dat daar zou plaatsvinden. In het vliegtuig terug naar Amsterdam belandde ik naast een Amerikaan, Ian Ralby. Ralby bleek zo’n globetrotter te zijn die uit zijn koffer leeft: hij reist de wereld over om overheden en organisaties te adviseren op het gebied van recht, veiligheid en internationale verhoudingen. Toen ik vertelde dat ik journalist was, en daarnaast een blog over taal en geschiedenis voerde, begon hij over zijn broer. Die had iets geweldigs bedacht, zei Ralby. Hij had gestudeerd aan topuniversiteiten als Cambridge en Cornell, waar hij zich bekwaamd had in bepaald niet gangbare talen als Oudnoors, Oudengels en Keltisch. Nu leidde hij zijn eigen bedrijf in Cambridge, Groot-Brittannië: Linguisticator. Dat bedrijf had een revolutionaire manier ontwikkeld om vreemde talen te leren, en wel met behulp van het ruimtelijk geheugen. Afijn, ik moest zijn TED-talk maar eens bekijken op YouTube. Die zou aan het eind van de zomer beschikbaar komen.

TED-praatje
Dat deed ik. In het TED-praatje (hier te zien) Verder lezen →

De vertalers: In Fermín openbaart zich het gevoel voor humor van Carlos Ruiz Zafón

Jongetje staat voor etalage boekwinkel
Omslagafbeelding van Het labyrint der geesten, de nieuwe roman van Carlos Ruiz Zafón.

Met De schaduw van de wind, de wereldwijde bestseller, begon Carlos Ruiz Zafón een cyclus die hij deze week met het vierde en laatste deel beëindigt. Voor Het labyrint der geesten zette vertaalster Nelleke Geel haar wekker extra vroeg, want eigenlijk is zij uitgever van beroep. ‘Muziekje erbij, koffie. En daarna duik ik de hectiek in.’

Nee, een paar maanden vrij nemen om de nieuwe Zafón te vertalen, dat zit er niet in. Nelleke Geel (1966) moet lachen om de suggestie. Als uitgever van vertaalde fictie bij Atlas Contact heeft ze het daar te druk voor. (Daar heeft de onrust rondom de uitgeverij overigens niets mee van doen: ja, Mizzi van der Pluijm is weg, maar Atlas Contact blijft onderdeel van moederconcern VBK, ‘met volledige autonomie, en er staat nog steeds “uitgever” op mijn kaartje.’) Als tegenwicht voor de hectische uitgeverswereld gebruikt Geel het vertaalwerk: dat trage, bijna slome bestuderen van een enkele alinea, heerlijk. Als ze daarvoor vroeger op moet staan – soit. ‘Om half zes gaat de wekker. Dan zit ik thuis twee uur te werken, muziekje erbij, koffie, en daarna duik ik de hectiek in van het constant communiceren dat uitgeven vaak is.’ Het plezier zit hem in de afwisseling. ‘Ik ken een vertaler die zegt: ik heb een hond genomen, dan kom ik tenminste de deur nog uit.’Verder lezen →

Interview: Gaston Dorren, de betaalbare talenkenner

Taalschrijver Gaston Dorren (Foto: Hedy Vermeer, 2016)

Gaston Dorren (52), misschien wel de leukste taalschrijver van Nederland, werd in het Engels onverwacht een bestsellerauteur. Volgende week komt hij met een nieuw boek: Lingua. Dwars door Europa in 69 talen. Wij spraken hem over Schwyzerdütsch, Poolse namen én zijn huidige status overzee. ‘Ik ben een soort betaalbare talenkenner, geloof ik.’

Je nieuwe boek is dankzij een Engelse omweg tot stand gekomen. Leg eens uit.
Vijf jaar geleden schreef ik het boek Taaltoerisme, over verschillende Europese talen. Toen het af was, realiseerde ik me dat het voor heel Europa interessant zou kunnen zijn. Op eigen kosten heb ik het laten vertalen naar het Engels en voorgelegd aan een literair agent in Groot-Brittannië. Die bracht me in contact met uitgeverij Profile Books, waarmee ik het boek flink onder handen heb genomen. Sommige teksten vonden de redacteuren niet zo goed en ik heb zo’n tien hoofdstukken gepikt uit een boek waaraan ik toch al zat te werken. De Nederlandse invalshoek Verder lezen →

WeetNieT: Wat betekent santekwant?

Een WeetNieT is een onbekend woord uit het Woordenboek der Nederlandse Taal (WNT), het grootste lexicon ter wereld. Wat betekent het?

SANTEKWANT (vr. znw.)

a. Oorvijg.
Naar het geluid van een klap.
‘Sy neemt den haspel in de handt, En geeft haer eenen sante-quant.’

b. Koosnaam voor Sinterklaas.
‘Hoort wie klopt daar, kind’ren, hoor wie klopt… Hêe, stil eens… Deksels! Als het Santekwantje niet is, met zijne groote zack!’ Verder lezen →

Het Aramees (2): Dit is wat Jezus letterlijk zei

De historische landstreek Galilea, nu Noord-Israël, waar Jezus opgroeide

Jezus sprak Aramees. Mel Gibson ook – maar niet goed, zo ontdekken we. En verder, als geintje: Jozef en Maria bij de herberg, in het Aramees.

Het meertalige, Heilige Land
Jezus sprak Aramees. Dat mag Holger Gzella, specialist op het gebied van Aramese taalkunde aan de universiteit van Leiden én auteur van het vorige week verschenen boek De eerste wereldtaal, wel zo zeggen. Al moet daaraan toegevoegd worden: de taalsituatie in het Heilige Land was complex. ‘Het Hebreeuws was de inheemse taal, maar in het alledaagse gebruik is die mijns inziens al vóór de tweede eeuw v.Chr. vervangen door het Aramees,’ legt Gzella uit. ‘Het Aramees werd namelijk Verder lezen →

Het Aramees: Hoe een streektaal een wereldtaal werd (1)

Fries van Perzische boogschutters van Darius I uit het Pergamon-museum in Berlijn
De komst van de Perzen naar het Nabije Oosten betekende een doorbraak voor het Aramees. (Fries van Perzische boogschutters, Pergamon-museum, Berlijn)

Waarin schuilt de kracht van het Aramees? De taal schopte het tot lingua franca van het Perzische rijk en beschikt over de onsterfelijkste spreker aller tijden: Jezus. Op zoek naar een verklaring.

Wie meer van het Aramees wil weten, reist af naar Leiden. Daar huist Holger Gzella, professor doctor en kenner van de talen uit de wereld van het Oude Testament. Gzella (1974) geldt als een specialist op het gebied van de Aramese taalkunde. Hij ontvangt me in zijn werkkamer aan de plaatselijke universiteit vanwege zijn boek De eerste wereldtaal. De geschiedenis van het Aramees, dat vandaag bij uitgeverij Atheneum verschijnt.

Van een wereldtaal kun je, in het geval van het Aramees, zonder voorbehoud spreken. De Arameeërs legden hun idioom voor het eerst vast in de stadstaten van het huidige Syrië, waarna het zich binnen vijfhonderd jaar ontwikkelde tot lingua franca van Egypte in het westen tot Pakistan in het oosten – een territorium met een spanwijdte van 6000 kilometer. Kennelijk bezat het bijzondere eigenschappen. Nog steeds wordt het gebruikt. Wat is het eigenlijk voor taal?
Verder lezen →